De code van Lange Doener

Zaterdag 7 november was de dag dat Frederik Scheuremaar de Bevers zou helpen met het zoeken naar Lange Doener. We hadden net geopend toen Frederik aan kwam lopen. Toen we hem vertelde wat er de afgelopen twee weken was voorgevallen, was hij enorm verbaasd. Hij was totaal niet op de hoogte van de verdwijning van Lange Doener. Had mevrouw Popmedomp hem dan niets verteld, vroegen we ons af. Maar Frederik vertelde dat hij vandaag pas was terug gekomen van vakantie, en eigenlijk nog niemand had gesproken.

De Bevers met leiding keken hem een beetje beduusd aan. Toen Frederik vertelde dat hij in Hotsjietonia een brief met codetaal had gevonden die hij verscheurd had, veranderde de beduusdheid al snel in boosheid. Frederik had de belangrijkste aanwijzing (dat hoopten we tenminste, aangezien we eigenlijk geen idee hadden wat er op die brief stond) zomaar verscheurd!

Snel renden we het clubhuis in, want we moesten de brief dus maar snel bij elkaar gaan sprokkelen. Frederik liep ook mee naar binnen, ondanks dat we hem eigenlijk niet binnen wilde hebben. Hij vertelde ons dat de stukjes van de brief waarschijnlijk door heel Hotsjietonia verspreid lagen, aangezien hij door het gebouw aan het wandelen was terwijl hij aan het scheuren was. Streng wist de leiding hem duidelijk te maken dat hij met zijn vingers van de briefstukjes af moest blijven als hij er een vond. Frederik verzekerde op zijn beurt dat hij het niet meer zou doen, maar hem vertrouwen deden we allerminst.

Een van de leiding kwam toen op een goed idee, Frederik kan namelijk heel slecht tegen hard geluid. Als de Bevers nou op zoek gingen naar de stukjes van de brief, en Frederik eerder een stukje zou vinden dan de Bevers, zou de leiding heel hard op een pan slaan om Frederik af te schrikken. Een aantal keer dreigde het bijna mis te gaan en wist Frederik een briefstukje te pakken te krijgen, maar dit wist de leiding dan weer ongedaan te maken door heel hard geluid te maken.

Na een goed kwartier was de brief compleet en weer ongeveer in zijn oude staat terug, met plakband en al. Nu dat achter de rug was konden we, terwijl we de brief op een afstand van Frederik hielden, de tekst aan hem laten zien. Hij kon ons gelijk vertellen dat we een zogenaamde ‘decoder-ring’ nodig hadden om de code te kraken.

Nou, dat kenden we niet! Maken zat er dus al helemaal niet in. Maar Frederik stelde ons gerust, hij wist hoe het eruit moest zien, en wilde ons gelukkig ook helpen om er een te maken. Snel gingen we met z’n allen aan de slag en zonder moeite hebben de Bevers wel een goede drie kwartier samen met Frederik aan de ‘decoder-ring’ gezeten.

Toen was het tijd om de proef op de som te nemen en de ‘ring’ uit te testen. Volgens Frederik moesten we de letter vinden die het meeste voorkwam. Dat was de ‘z’. Frederik stelde dat het meestal zo was dat de meest voorkomende letter de ‘e’ was in een normale tekst. Dus als de ‘z’ het meeste voorkwam, en de code ring 5 plekjes vooruit zou schuiven, zouden alle ‘e-en’ een ‘z’ worden.

Om een heel lang verhaal kort te maken; Frederik bleek gelijk te hebben, en na een hele tijd decoderen werd de brief leesbaar. Een brief bleek het niet te zijn, maar een bladzijde uit het dagboek van de kidnapper! Er stond in dat hij Lange Doener eindelijk in de val had laten lopen om met het losgeld geld te verdienen, zo bleek uit het stukje dagboek.

De opkomst zat er alweer bijna op, en we hadden eigenlijk nog steeds geen idee waar Lange Doener eigenlijk was. Gefrustreerd gingen we dus nog maar even een spelletje doen. Frederik stelde ons op het laatst gerust, hij zou namelijk volgende week Hippe sturen, die, zo vertelde Frederik, goed is in het sluipen en vangen van boeven. Dat hadden we wel nodig, want de tijd begon te dringen!

Frederike